Moestuin: tips voor beginners

Een moestuin aanleggen is een prima idee! Je bespaart niet alleen geld bij het boodschappen doen, maar je bent ook duurzaam bezig. Niet veel ervaring met een moestuin? We hebben enkele handige beginnerstips. Net zoals voor vlekken van groenten uit die moestuin.

 

Moestuin makkelijk

Weet dat wat je in de groenteafdeling van de winkel ziet liggen niet altijd even eenvoudig zelf te kweken is in je moestuin. De boodschap: weet goed wat je zaait.

 

Groenten die makkelijk te zaaien zijn in je moestuin:

Bonen, snijbiet, radijs, de meeste types sla, vroege aardappel, pompoen, courgette, spitskool, koolrabi, boerenkool, rucola, tuinkers, pastinaak, snijselder, rode biet, vroege wortel, spinazie.

Groenten waarvoor wat meer ervaring met een moestuin nodig is:

Tomaat, aubergine, paprika, meloen, komkommer, zomer- en late wortel, knolvenkel, rodekool, wittekool, bloemkool, ijsbergsla, witloof, ui, prei.

 

Moestuinbak

Voor een beginnende moestuinder (of als er geen plek is voor een volwaardige moestuin) is een moestuinbak de ideale oplossing. Dat is een houten bak, gevuld met speciale moestuingrond. Standaard meet hij 120 bij 120 cm. Een bak op tafelhoogte is het handigst.

 

Hoe werkt een moestuinbak?

  • De bak is handig verdeeld in vakken met een raster.
  • Elk vak is een apart tuintje, waarin je een bepaalde soort groente kweekt.

Extra tip: kijk op de moestuinkalender voor je begint te zaaien.

 

Moestuin op maat

Een gouden raad: kweek hapklare porties op maat en naar smaak van je gezin.

  1. Vergeet een grote moestuin. Meterslange rijen prei, wortels, boontjes … is uit de mode. Al je groenten zijn tegelijk etensklaar, meer dan je opkan. Less is more, ook in de moestuin. Tuinier in het klein: in handige moestuinbedden, moestuinbakken en zelfs potten. Met 5 m² kweekoppervlakte kom je al een eind.
  2. Enkel wat lekker is. Hypothekeer je tuin niet met groenten die je niet lust. Ze nemen plaats in en vragen evenveel verzorging als de groenten die je wel lekker vindt. Laat kinderen mee beslissen wat er in de tuin groeit.
  3. Kijk in de toekomst. Zaai en plant in functie van wanneer je wat wil eten. Er bestaan snelle groeiers, zoals als radijs en snijsla, die al 4 weken na het zaaien op je bord liggen. En er zijn groenten die tijd nodig hebben. Pastinaak doet er bijvoorbeeld bijna 20 weken over om op zijn grootst en best te zijn.
  4. Zaai berekend. Zaai nooit een volledige zaadzakje leeg. Doseer! Zaai wat je in bijvoorbeeld 3 keer op kan. Op het zaadzakjes vind je ook altijd de aanbevolen afstand tussen de zaden.
  5. De snelste wint! Oogst je groenten volgens formaat en uitzicht. Degene die het eerst dik, lang, rond of hoog is, mag mee naar de keuken. In het midden van een rijtje starten is geen probleem. Druk de grond rond de achterblijvers wel aan en geef eventueel wat water, zodat de aarde weer goed sluit en zij nog enkele weken ongestoord verder kunnen groeien.

 

Maak je eigen compostbak

Wil je je groenafval recycleren in plaats van weg te gooien? Maak er gewoon zelf eentje in hout. Gebruik enkele afgedankte paletten. Hout is niet alleen ecologisch, je geeft ook de paletten een 2de leven.

Zo maak je het: bevestig 4 paletten aan elkaar in de vorm van een vierkant. Ziedaar je handige verzamelplaats voor je tuinafval.

 

Wat mag op de composthoop?

Veel GFT-afval mag direct op de composthoop, ander beter niet.

Wel erop:

  • Groente- en fruitresten
  • Plantresten
  • Bladafval
  • Grasmaaisel
  • Snoei- en haagafval
  • Fijngemaakt hout en takken
  • Versnipperde eierschalen
  • Koffiegruis, koffiefilters en theezakjes

 

Niet erop:

  • Gekookte etensresten
  • Aardappelschillen
  • Schillen van citrusvruchten
  • Vlees en botjes
  • Vis en graten
  • Onkruid
  • Bedrukt papier
  • Metaal en blik
  • Glas, steen en plastic

 

Extra tip: maak compostthee, dat is een extra opkikker voor je planten. Stop de compost in een oude panty en hang die in een emmer water. Laten trekken en klaar! Gemaakt in een wip en je planten hebben er lang deugd van.

 

Groentevlekken wegkrijgen

Het is weer zo ver: tijdens het eten kwamen er groenten op je kleren terecht. Om nog maar te zwijgen van de dagelijkse lading groentevlekken op de kleren baby’s of kinderen. Gelukkig bestaan er middeltjes om die groentevlekken te behandelen en weg te krijgen.

Afhankelijk  van groene of rode groentesoorten vind je bij de tips over grasvlekken en aardbeivlekken hoe je die vlekken het best kan verwijderen.

 

Sap van wortels (of van andere groenten, zoals rode biet) maakt ook makkelijk vlekken op plastic keukengerei. Om wortelvlekken te verwijderen, strooi je wat zout en citroen op een vochtige doek en wrijf je ermee over het plastic. Leg deze daarna in de zon. Door het gerief met olie in te smeren kun je ervoor zorgen dat het langer wit blijft.

Gouden tip: voorkom verkleurd keukengerei door je staafmixer eerst met olie in te wrijven voor je de mixer in de soep zet.

 

Bekijk ook het filmpje.

 

Lees ook …